Door hoofdred-acteur Driekus Vierkant
Journalisten zijn belangrijk. De journalist zelf misschien niet maar de functie des te meer. Vrije pers is in onze grondwet vastgelegd, zodat journalisten misstanden kunnen publiceren zonder angst voor dreiging of geweld.
De bijzondere status van een journalist betekent tegelijkertijd ook dat journalisten een grote verantwoordelijkheid hebben om zeer zorgvuldig met hun positie en hun werk om te gaan.
Helaas staan beide onder druk:
Beperkingen vrije pers
Kijk alleen al naar het leger woordvoerders (veelal ex-journalisten) en juristen en WOO ambtenaren die het werk van journalisten bemoeilijken of proberen te sturen. Er zijn in Nederland journalisten vastgezet omdat ze hun bronnen niet vrij wilden geven. Digitale sleepnetten en surveillance maken het werk van journalisten (hallo bronbescherming) ook een stuk moeilijker.
Het is niet alleen de overheid die journalisten soms in de weg zit. Denk aan journalisten die worden bedreigd door criminelen en moeten worden beveiligd. Of denk aan demonstranten die journalisten blokkeren om aan vrije nieuwsgaring te doen.
Pers is niet gratis. Het wordt of betaald met een combinatie van abonnementen en advertenties, of uit publieke geldstromen. In deze tijd van blogs, tweets en social platforms staat de scheiding tussen uitgever en vrije pers onder druk.
Ook de toenemende afhankelijkheid van niet-Nederlandse (en buiten de democratie om censurerende) platforms, is een onwenselijke ontwikkeling voor de vrije pers.
Misbruik van positie
Tegelijkertijd zien we ook dat de ethische codes in de journalistiek worden afgekalfd.
Geen journalist is objectief. Elke journalist heeft een mening, een levensovertuiging en is ook zelf onderdeel van de samenleving, in de eigen bubbel.
Goede journalisten kunnen desondanks objectief onderzoek doen, feitelijk schrijven en context bieden, met oprechte hoor en wederhoor.
Slechte journalisten misbruiken hun positie om een verhaal te sturen, te manipuleren, woorden te verdraaien, selectief feiten te gebruiken en voeren een agenda, soms heel openlijk, en vaak ook heimelijk.
Je ziet steeds meer journalisten een mening als feiten gaan presenteren en daarmee hun positie en hun podium misbruiken, en daarmee ondermijnen ze het aanzien van hun beroepsgroep, en zelfs ondermijning van de democratie.
Wie worden journalist?
Dat vroegen wij ons al een tijdje af. Wat voor soort mensen kiest ervoor om journalist te worden? Uit al die mogelijke banen, waarom juist journalistiek studeren? We gaan hier uiteraard wat generaliseren, maar de rode draad zit hem in rechtvaardigheidsgevoel.
Veel journalisten zijn wereldverbeteraars: ze willen misstanden aanpakken. Dat zijn goede karaktereigenschappen, maar achter rechtvaardigheid schuilt ook altijd moraal.
En moraal is heel persoonlijk: wat de een top vindt, is voor een ander not done. Moraal is heel persoonlijk, net als humor, of wat je lievelingseten is. Moraal is dus iets anders dan maatschappelijke normen, of wetgeving: dat zijn generieke afspraken hoe we met elkaar om gaan.
Moraal gaat te vaak gepaard met het eigen gelijk, of zich moreel verheven voelen boven mensen met een andere moraal. Hoe moreler mensen zijn, hoe meer men ook afkeer heeft van de afwijkende moraal van anderen. En hoe meer mensen de neiging hebben om hun moraal een ander op te willen leggen.
In een open en tolerant land als Nederland, waar tal van stromingen door elkaar wonen, en substromingen ook door elkaar mixen moet je voorzichtig zijn met je moraal etaleren als eentje die beter is dan die van een ander. Wat dat betreft staat moraal ook haaks op liberaal, en dat zie je ook terug in de politieke kleur op de redactievloeren.
Een andere karaktereigenschap die we veel zien is ego: de journalist wil graag podium. En dan nog liever een scoop en dan nog liever Die Ene Grote Onthulling. Enige onderlinge strijd bij journalisten zijn ze niet vreemd.
Het is namelijk een incrowd wereldje, met onderlinge verhoudingen, liefdesrelaties, vriendschappen, posities, en ook altijd wel gedonder met afgunst, jaloezie en heel veel meningen over elkaar. Niets irritanter dan journalisten die over journalisten roddelen, en dan ook nog eens hun podium daarvoor gebruiken.
Eigenwijsheid is ook een veel voorkomende karaktereigenschap. Journalisten werken vrij autonoom. Als zij overtuigd zijn van een verhaal, dan zijn ze ook behoorlijk standvastig. Dat moet ook wel bij overheden of bedrijven die zich echt misdragen, je moet je vast kunnen bijten in een dossier.
Moraal, ego en eigenwijsheid zijn niet per sé de beste mix van karaktereigenschappen om altijd objectief en ethisch te werk te gaan. Het gaat echter mis bij vooringenomenheid, als een journalist bij voorbaat al een verhaal klaar heeft, daar ook echt in begint te geloven, en de eigen moraal en daarmee een eigen agenda de boventoon laat voeren, ten koste van feiten, en ten koste van het onderwerp, of dat nu een bedrijf, instantie of een persoon is.
Onethische redacties ondermijnen democratie
Voor een hoofdredacteur is het dan ook zaak om de redactie daarin af te remmen. En het is bij zo’n zootje ongeleide projectielen sowieso al een hele uitdaging om ze lekker aan het werk te hebben 😉
Waar het echt mis gaat is als de gehele redactie inclusief de hoofdredacteur dusdanig gekleurd is dat er geen echt intern debat meer plaats kan vinden, als er geen dissonante geluiden meer kunnen zijn, als collega’s worden gecanceld die vragen stellen bij de op de redactievloer geldende en tot dogma verworden moraal.
Het gevolg van morele verhevenheid is dat een redactie echt objectieve journalistiek kwijt kan raken, ethische codes verliest, en polariseert ten opzichte van de samenleving. Of nog erger: een moraal aan de samenleving op gaat leggen, en daarmee een grote afstand schept tussen de samenleving en de redactie. En daarmee uiteindelijk de vrije pers ondermijnt, en daarmee de democratie.
Mening van Vrijheidsuiting
Terecht beroept de pers zich op de vrijheid van meningsuiting, maar het gaat verkeerd als men dit gaat misbruiken voor mening van vrijheidsuiting.
Drie Kusjes.

Ervaringen:
- 1) Ene Peter van KRO-NCRV Pointer voerde in een hilarisch slecht artikel over Driekus valse ‘anonieme’ bronnen op, met meningen als zogenaamde feiten, losse tweets werden uit hun context getrokken en 180° verdraaid. De journalist was gemanipuleerd door een gefrusteerde ex-Driekus die uit de groep werd gezet vanwege wangedrag, en de journalist manipuleerde zelf ook mee. Zijn mening stond al vast, er werden selectief ‘feiten’ bij gezocht, het was een suggestief relaas, er was geen wederhoor, het was geen gebalanceerd artikel maar een aanvallend doxxing artikel vanuit een doorgeslagen woke-minded redactie. Vrijwel alle ethische journalistieke codes werden geschonden en de hoofdredacteur dook weg. Pointer werd breed uitgelachen op Twitter en door vakgenoten.
2) Een DvhN (Krantje) journalist publiceerde bewust foute informatie en liet belangrijke contextuele feiten bewust achterwege, om een bevriend echtpaar te bevoordelen, en weigerde ondanks na het presenteren van feiten te rectificeren, zijn vak onwaardig en werkgever ten schande makend.



Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.